Plan: | Park Randenbroek e.o. |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0307.BP00024-0301 |
Volgens het Bro zullen burgemeester en wethouders in verband met de uitvoerbaarheid van het plan onder meer een onderzoek verrichten naar de bodemgesteldheid in het plangebied. Bij functiewijzigingen dient te worden bekeken of de bodemkwaliteit voldoende is voor de betreffende functiewijziging. Nieuwe bestemmingen dienen bij voorkeur op daarvoor geschikte gronden te worden gerealiseerd.
De Wet bodembescherming bevat de voorwaarden die kunnen en worden verbonden aan het verrichten van handelingen in of op de bodem. Primair komt bescherming en sanering in de wet aan bod. De wet heeft betrekking op zowel landbodems als waterbodems. De Wet bodembescherming geeft aan wanneer er sprake is van een geval van ernstige bodemverontreiniging en of er dan ook gesaneerd moet worden. De hoeveelheid grond dan wel grondwater (beide in m³) en de mate van vervuiling, gemiddeld boven de interventiewaarde, zijn de criteria voor een geval van ernstige bodemverontreiniging. De interventiewaarde is de waarde, waarboven er risico’s zijn voor mens, flora en fauna. De spoedeisendheid, de noodzaak om te saneren, hangt hiervan af maar ook van de mate van verspreiding van de bodemverontreiniging. Voor gevallen van ernstige bodemverontreiniging is er bij niet gewijzigd grondgebruik soms geen noodzaak tot saneren. Voorbeelden zijn voormalige stortplaatsen en kleine verontreinigingen in het diepere grondwater.
De gevallen van ernstige bodemverontreinigingen zijn door de Gemeente Amersfoort in beeld gebracht. In een aantal gevallen is in een beschikking Wet bodembescherming aangegeven wat er met een geval van ernstige bodemverontreiniging moet gebeuren. Nadat er is gesaneerd, kunnen er restverontreinigingen aanwezig zijn. Soms zijn er gebruiksbeperkingen.
Op 1 juli 2008 is het Besluit bodemkwaliteit in werking getreden. Het Besluit bodemkwaliteit regelt de toepassing van bouwstoffen, grond en baggerspecie. Voor gebieden waar een bodemkwaliteitskaart en een bodembeheerplan is opgesteld, mag tot maximaal 5 jaar na inwerkingtreding van het Besluit bodemkwaliteit gebruik worden gemaakt van een overgangsregeling. Voor de gemeente Amersfoort geldt daarom dat grondverzet nog kan plaatsvinden volgens de vrijstellingsregeling grondverzet. In 2002 is een bodemkwaliteitskaart en een bodembeheerplan voor de gehele gemeente opgesteld. Op deze kaart ligt het bestemmingsplangebied van Park Randenbroek e.o. in een zone die op basis van de bodemkwaliteitskaart is gekwalificeerd als schoon en een deel ligt in een zone die gekwalificeerd is als licht verontreinigd.
In het plangebied zijn verschillende bodemonderzoeken uitgevoerd. Geconcludeerd wordt dat de kwaliteit van de bodem geen belemmering vormt voor het beoogde gebruik van het bestemmingsplangebied. Het gebied ter plekke van het voormalige tenniscomplex vormt hierop een uitzondering. Op het hele terrein van ca 7000 m2 wordt veel gravel en kolengruis aangetroffen. Op basis van wettelijke verplichtingen is er geen saneringsnoodzaak, afhankelijk van het gebruik kunnen hier wel gebruiksbeperkingen zijn.