Plan: | Woonwagencentrum Birkt |
---|---|
Status: | ontwerp |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0307.BP00069-0201 |
Bij het opstellen van ruimtelijke plannen is het noodzakelijk te onderzoeken in hoeverre de plannen ten koste gaan van de (aanwezige) flora en fauna. Hierbij wordt onderscheid gemaakt in de 'toets in het kader van gebiedsbescherming' en de 'toets in het kader van soortenbescherming'.
Naast het toetsen aan de wet zijn er daarnaast ook altijd kansen om lokaal leefgebied voor planten en dieren toe te voegen
Natuurbeschermingswet
De toets in het kader van gebiedsbescherming vindt zijn oorsprong in de Natuurbeschermingswet 1998 en draagt zorg voor de bescherming van natuurwaarden. De wet kent drie typen gebieden:
Plannen dan wel projecten in deze gebieden, maar ook daar buiten in verband met de zogenaamde externe werking, kunnen vergunningplichtig zijn.
Binnen Amersfoort zijn geen beschermde natuurmonumenten en is er geen Natura2000 gebied. Dichtstbijzijnde gebieden zijn Schoolsteegse Bosjes (Leusden) en polder Arkemheen. Een deel van polder Zeldert valt wel onder de externe werking van Natura2000-gebied Arkemheen. De graslanden zijn van belang voor het behoud van de kleine zwaan.
Ecologische hoofdstructuur
Naast de gebiedsbescherming die voortkomt uit de Natuurbeschermingswet 1998 kennen we de gebiedsbescherming van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS). De EHS is door de provincie Utrecht begrensd in diverse natuurgebiedsplannen. Waarbij de meest recente versie nu het Natuurbeheerplan 2011 is. In het Streekplan heeft de EHS een zogenaamde Groene Contour gekregen, de grenzen van de EHS zijn daarbij bijna volledig overgenomen uit het natuurbeheerplan.
Bij het streekplan hoort de kaart “Gebieden binnen groene contouren” (zie hieronder).
Nieuwe plannen, projecten of handelingen binnen en in de nabijheid van gebieden die binnen de groene contour vallen en die per saldo significant negatieve gevolgen hebben voor de te behouden waarden en kenmerken, zijn niet toegestaan, tenzij er geen reële alternatieven zijn én er sprake is van redenen van groot openbaar belang (het “nee, tenzij” principe).
Op basis van een afweging tussen het te beschermen belang en het met het plan of project gemoeide belang wordt al dan niet toestemming verleend door de provincie. Wordt een plan of project na afweging van belangen toch toegestaan, dan moet een besluit worden genomen over mitigerende (mitigeren is verzachten of verlichten) en compenserende maatregelen (het zogenaamde compensatiebeginsel). Als de mitigerende maatregelen onvoldoende zijn, moeten compenserende maatregelen worden getroffen: maatregelen waarmee nieuwe waarden worden gecreëerd die vergelijkbaar zijn (in kwantiteit of kwaliteit) met de verloren gegane waarden.
In het plangebied is geen gebiedsbescherming van toepassing. De Melksteeg die aan de westzijde van het plangebied loopt is wel een belangrijke verbindingszone tussen gebieden die wel onderdeel van de EHS zijn. Het zorgt voor een verbinding tussen de bosgebieden van Birkhoven met de gebieden langs de Eem en landgoed Coelhorst. De Melksteeg is in het kader van het landschapsbeleidsplan opgeknapt en heringericht. Oude bomenrijen zijn aangevuld en hersteld en er zijn poelen gegraven. Onder het spoor en de wegen (oa. Birkt) zijn faunapassages aangelegd.
De soortenbescherming heeft betrekking op alle in Nederland in het wild voorkomende zoogdieren, (trek)vogels, reptielen en amfibieën, op een aantal vissen, libellen en vlinders, op enkele bijzondere en min of meer zeldzame ongewervelde diersoorten (uit de groepen kevers, mieren, schelp- en schaaldieren) en op een honderdtal vaatplanten. Welke soorten planten en dieren wettelijke bescherming genieten, is vastgelegd in een aantal bij de Flora en faunawet behorende besluiten.
Dat houdt in dat bij planvorming uitdrukkelijk rekening gehouden moet worden met de gevolgen die ruimtelijke ingrepen hebben voor de instandhouding van de beschermde soort. Beschermde soorten zijn ingedeeld in een drietal categorieën beschermingsniveaus:
Als het voortbestaan op de locatie van beschermde soorten planten of dieren uit categorie 2 en 3 door een ingreep negatief beïnvloed wordt, is het nodig ontheffing aan te vragen van verboden handelingen op grond van de Flora- en faunawet. Het bevoegd gezag hierin is het Ministerie van EL&I.
In de directe omgeving is de aanwezigheid van diverse wettelijk beschermde soorten vastgesteld. Het voorkomen van die soorten is gekoppeld aan het groengebied De Melksteeg en de bosschages op bedrijventerrein Isselt. Om die reden is uitstraling van activiteiten vanuit het plangebied naar de omgeving niet gewenst.
Bij de inrichting is rekening gehouden met de bestaande kwaliteit van de Melksteeg. Deze wordt niet aangetast. Bij de herinrichting van de zuidelijke strook van het plangebied zijn kansen om het leefgebied van de bedreigde sleedoornpage te versterken. Deze soort is gebaat bij de aanplant van sleedoornstruiken.
Kansen voor natuur in bouwprojecten.
In en aan gebouwen zijn er allerlei mogelijkheden om wat voor natuur te doen. Op de website van de gemeente Amersfoort zijn voorbeelden te vinden van bv inbouwen van vleermuisverblijven, het inmetselen van gierzwaluwstenen en/of het vergroenen van de omgeving van een gebouw. Zie hiervoor www.amersfoort.nl/groenestad onder het kopje "wat kunt u zelf doen voor de groene stad?""