direct naar inhoud van 2.7 Knelpunten in de huidige situatie
Plan: Park Randenbroek e.o.
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0307.BP00024-0201

2.7 Knelpunten in de huidige situatie

Bij de huidige inrichting en het gebruik van het gebied van dit bestemmingsplan is een aantal knelpunten. Een aantal voorzieningen en functies in het gebied is naar binnen gekeerd. Zij versterken elkaar niet en zijn onderling niet goed bereikbaar. Het gevolg is dat het gebied niet als een aaneengesloten groenzone wordt beleefd. De A28 vormt een barrière voor mensen, dieren en natuurlijke begroeiing. De aanwezige sportvoorzieningen ten slotte hebben een eigen dynamiek en vragen om passende maatregelen, bijvoorbeeld voor het behoud van vitaliteit.

afbeelding : knelpunten

afbeelding "i_NL.IMRO.0307.BP00024-0201_0006.png"

Functioneel

Het westelijk deel van het plangebied is minder goed toegankelijk. Daarnaast ontbreekt het aan verblijfsruimte. Op de oostoever zijn het voetpadenstelsel van Park Randenbroek en de Vosheuvel niet met elkaar verbonden. Bij elkaar heeft het gebied als geheel beperkte uitloop- en verblijfsmogelijkheden. Het gebied is door de ligging tussen de binnenstad en het buitengebied van Amersfoort en door zijn omvang bij uitstek een aantrekkelijk recreatief gebied voor de hele stad, maar wordt als zodanig onvoldoende benut.

Visueel-ruimtelijk

Door de grote verschillen in functies en beplantingselementen bestaat er geen ruimtelijke samenhang in het plangebied en wordt het niet als eenheid ervaren. De beek is weliswaar het bindende element in het gebied, maar functioneert in zijn huidige vorm niet als ruimtelijke drager. Het Park Randenbroek boet in ruimtelijk en cultuurhistorische zin in aan kwaliteit door achterstallig onderhoud. De stijlkenmerken zijn vervaagd. Het versterken van de culturele betekenis is gewenst.

Natuur

De natte natuur is onvolledig ontwikkeld vanwege het strakke waterregime van vaste peilen, omleiding en inlaat. De oppervlaktewaterkwaliteit is matig mede vanwege de aanwezige overstorten. Uittredend grondwater (kwel) komt nagenoeg nergens aan het maaiveld aan de oppervlakte doordat het wordt opgevangen door het drainagesysteem van de sportvelden. De beekloop, de oevers en aanliggende gronden hebben te weinig ruimte voor natuurontwikkeling. Het gebied is ecologisch geïsoleerd door de aanwezige stuw en het ontbreken van een droge passage onder de A28.

Verkeer

De barrierewerking van de A28 is groot voor fysieke verbindingen, maar visueel relatief beperkt. Het in de loop der jaren in omvang toegenomen gemotoriseerd wegverkeer veroorzaakt een afnemende geluidskwaliteit in de aangrenzende woongebieden vooral binnen de invloedssfeer van Rijksweg A28 (ca. 600 m uit de rijksweg) en stelt eisen en beperkingen aan de ontwikkelmogelijkheden in het gebied.
De Ringweg Randenbroek deelt het beekdal op maaiveldniveau doormidden. Deze ontsluitingsweg vormt een barriere voor overstekend langzaam verkeer.


Milieuhygiëne

In milieuhygiënische zin zijn luchtkwaliteit, externe veiligheid, geluid en lichthinder in beginsel relevant. Voelbare trillingen, straling, elektromagnetisme, bodem- en waterverontreiniging en geuroverlast hebben geen dreigende betekenis voor de kwaliteit in het leef-/woongebied.


De luchtkwaliteit wordt jaarlijks voor Nederland beschreven in een voor elke burger na 15 maart te raadplegen monitoringspakket www.nsl-monitoring.nl. Dat is gebeurd voor het afgelopen jaar en de jaren 2011 en 2015, waarin aan de luchtkwaliteitseisen voor respectievelijk fijn stof (PM10) en stikstofdioxide(NO2) moet zijn voldaan, en het jaar 2020. De overige stoffen zijn niet relevant voor de beoordeling van een knelpunt. Raadpleging van deze monitoring voorafgaand aan 15 maart 2011 levert op dat langs de A28 fijn stof al vanaf 2009 geen knelpunt oplevert. In de aanloop naar 2015 levert NO2 nog wel hier en daar langs de A28 een knelpunt op dat voortdurend onder de aandacht moet blijven. Vanaf 2015 voldoet ook overal langs de A28 met de huidige kennis de concentratie aan de toelaatbare grenswaarde. Na 15 maart 2011 of na deze datum van de daarop volgende jaren, moet blijken of dit beeld blijvend kan worden bevestigd. Raadpleging van de luchtkwaliteit langs de overige wegen binnen het plangebied levert op dat vanaf 2009 reeds wordt voldaan aan de grenswaarden.


Externe veiligheid is in beeld met betrekking tot het vervoer van gevaarlijke stoffen, waarbij alleen het vervoer over de A28 een relevante betekenis kan hebben. Het zogenaamde Basisnet Weg moet nog worden vastgesteld. Daarbij wordt geregeld dat het vervoer van gevaarlijke stoffen met beperkingen mogelijk blijft, maar ook worden grenzen gesteld aan ruimtelijke ontwikkelingsmogelijkheden langs deze infrastructuur. Langs een aantal wegen komen dan ook zones waar ruimtelijke beperkingen zullen gelden. Het vervoer over de A28 moet niet als bedreigend worden gezien voor de ruimtelijke ontwikkelingsmogelijkheden in het plangebied te meer niet omdat een zeer kwetsbare functie als het Elisabethziekenhuis uit het gebied verdwijnt en de personenverdichting als maat voor het beoordelen van het groepsrisico binnen het plangebied en binnen de invloedssfeer van het transport over de A28 zeer marginaal is door het nauwelijks voorkomen van nieuwbouw. Hetzelfde geldt ook voor het gastransport door de hoofdaardgastransportleiding die ten oosten van de A28 is gesitueerd binnen het grondgebied van de gemeente Leusden.


Geluidhinder kan alleen een knelpunt opleveren in een te dichte nabijheid van de A28 of wanneer niet wordt voldaan aan het gemeentelijke ontheffingsbeleid in het kader van de toepassing van de Wet geluidhinder. Knelpunten niet te verwachten

Lichthinder van verlichte sportvelden en of banen behoeft geen knelpunt te zijn indien goed ruimtelijk wordt geordend en is beheersbaar via de lijn van Wet milieubeheer.

Bijzondere functies

Het ziekenhuisterrein neemt een belangrijk deel van de oostelijke beekoever in beslag en vormt met de huidige invulling en bebouwing een barrière voor recreatieve en ecologische relaties tussen Park Randenbroek en de Vosheuvel. De opslag van caravans langs beek en het Verbindingskanaal is visueel een storend element in het gebied. Daarnaast draagt het niet bij aan het parkkarakter en heeft het geen functionele relatie met het park.

Parkgebieden
De gebruiksdruk op Park Randenbroek is hoog. Inrichting en beheer van het park zijn niet optimaal. Er is sprake van oneigenlijk gebruik (auto's, honden, fietsen). De samenhang met andere groengebieden langs de beekoever ontbreekt. Het kleinschalige groengebied de Vosheuvel staat onder druk van de daar gevestigde en aanliggende functies. De combinatie van scouting, school en kinderboerderij lijdt tot slijtage.

Sportaccommodaties

De bebouwing van het Sportfondsenbad en de gymzaal geven een rommelig beeld. Het bad wordt verplaatst naar een locatie aan de Hogeweg. De gymzaal zal blijven staan en haar functie voor het gebied behouden. Het gebruik van de westelijke beekoever voor parkeren is storend voor de ecologische en recreatieve verbindingen langs de beek. Het huidige gebruik van het ijsbaanterrein kan worden verbeterd. Momenteel is dit geen optimale benutting van een dergelijke groene ruimte met zulke afmetingen in de stad. De sportterreinen dragen bij aan de compartimentering en 'verhekking' van het gebied. De zichtbaarheid, doordringbaarheid en beleving van het gebied is daardoor gering. Met name dicht tegen de beek en tussen de sportterreinen is te weinig ruimte voor natuur en recreatie.